woensdag 28 november 2007

NAVO wil hulp moslimlanden bij training Afghaans leger

De NAVO-ISAF-strijdmacht wil graag dat moslimlanden gaan bijdragen aan de opleiding van het leger van Afghanistan. Dat heeft John Craddock, de hoogste militaire bevelhebber van de NAVO, dinsdagavond gezegd.

Islamitische landen zijn tot nu toe terughoudend geweest met het leveren van militairen aan de ISAF-troepenmacht van de NAVO-troepenmacht. Er bestaat angst dat hun soldaten dan tegen medemoslims zouden moeten vechten.

In een toespraak voor een denktank zei NAVO-opperbevelhebber generaal John Craddock dat hij hoopt dat landen uit Noord-Afrika en het Midden-Oosten teams van militaire deskundigen zullen sturen naar Afghanistan.

De NAVO beschouwt het opleiden van het Afghaanse leger als een belangrijk onderdeel van haar missie in Afghanistan en kampt met een tekort aan opleidingsteams.

Als het Afghaanse leger op eigen benen kan staan en voor de veiligheid kan zorgen in het land dan kan de ISAF-veiligheidsmacht van de NAVO zich terugtrekken.

“De opleidingsteams die meevechten met het Afghaanse leger en hun opleiding verzorgen zijn de belangrijkste bijdrage die de NAVO aan de veiligheid en stabiliteit van Afghanistan kan leveren,” zei Craddock.

De generaal zei dat er binnenkort een team naar Egypte gaat. Hij denkt dat daar mogelijkheden liggen en er interesse bestaat.

Momenteel hebben maar drie moslimlanden soldaten naar Afghanistan gestuurd. Dit zijn er ongeveer 1.200 uit Turkije, 140 uit Albaniƫ en 22 uit Azerbeidzjan.

Maar desondanks worden ook de Turkse militairen die het Provinciaal Reconstructie Team in de provincie Wardak leiden door opstandelingen aangevallen.

Een belangrijke strategie van de NAVO is dat Afghanistan voor de eigen veiligheid kan gaan zorgen, zodat op den duur de buitenlandse troepen zich uit Afghanistan terug kunnen trekken.